Vrijwel iedere paardenliefhebber rijdt, vaak zonder het te weten, op ijzers van Werkman Horseshoes. Deze Groninger hoefijzerfabrikant is al ruim 100 jaar één van de belangrijkste producenten van hoefijzers op de wereldmarkt.
En dat is niet voor niets. Want met 750 verschillende modellen hebben zij voor ieder paard een ijzer dat past, daarnaast wordt het assortiment nog altijd aangepast en uitgebreid.
In 1909 rolden de eerste hoefijzers van de werkbank. Honderd jaar en vier generaties later is het bedrijf nog altijd gevestigd in Groningen, maar levert haar producten inmiddels aan hoefsmeden over hele wereld. “We werken hier met een goed gekwalificeerd team, verdeeld over diverse afdelingen”, vertelt productieleider Hajo Louwers.
Elk paard zijn eigen hoefijzer
De Groningse firma steekt veel tijd en energie in het ontwikkelen van nieuwe ijzers. Zij werken daarin nauw samen met de hoefsmeden en instituten vanuit alle hoeken van de wereld, want zij leveren waardevolle input over het paard en zijn anatomie. “Dankzij hun informatie kunnen wij de hoefijzers verbeteren en de wensen van de smid omzetten in het ijzer”, vertelt hij. “Naast onze samenwerking met hoefsmeden, zijn wij ook betrokken bij een onderzoek dat de Universiteit van Leipzig uitvoert naar de invloeden van verschillende ijzers hebben op de anatomie van het paard.”
Minder zoeken en lopen levert gewoon tijdswinst op
In de loop der jaren is de fabriek bij stukjes en beetjes uitgebreid en handwerk werd vervangen door machines. Het huidig productiepark is voorzien van state of the art technieken, die voor ieder type ijzer weer opnieuw moeten worden omgebouwd. “We gebruiken daar speciale gereedschapssets voor, maar alle sets lagen door elkaar. Daardoor duurde het elke keer een hele tijd voordat je alle gereedschap bij elkaar had. Dat zorgde voor veel irritatie”, vertelt Hajo. “We realiseerden ons dat we op een of andere manier een soort van vaste opruimstructuur moesten creëren, maar een begin maken bleek moeilijk. Als je gewend bent aan een bepaalde manier van werken, dan is het heel moeilijk om het geheel te overzien. Viavia hoorden we van de 5S methode van Flow In Motion. We besloten hen in te schakelen om ons op weg te helpen en dat bleek achteraf een schot in de roos.”
Enthousiast
De medewerkers stonden niet te trappelen om veranderingen. Dus begon de dag wat tammetjes. Muisstil zaten de jongens te luisteren naar de inleiding van Vincent en Michiel. In het kort vertelden ze wat de bedoeling was en dat het vooral de medewerkers zelf waren die aan de slag zouden moeten. “Na de introductie in de kantine vertrokken we naar de werkvloer, waar de jongens de werkplek moesten vastleggen op foto’s en vervolgens moesten bepalen welke spullen worden gebruikt en welke niet”, vertelt Hajo. “Op de een of andere manier wisten Vincent en Michiel precies de toon aan te slaan om de jongens te bereiken. Ze hebben de juiste tools en een scherp inzicht in werkprocessen en wisten hun boodschap heel goed over te brengen op onze medewerkers. Toen het ijs eenmaal gebroken was, en onze jongens begrepen dat het voor hun eigen gezondheid en ergonomie was, werden ze steeds enthousiaster en gingen ze op een gegeven moment helemaal los. Dat was heel bijzonder om te zien.”
Structuur is de basis voor verbeteren
Dankzij het enthousiasme van de medewerkers en de ijzersterke communicatie van Vincent en Michiel, werd het 5S programma vlot en soepel doorlopen, met als resultaat schone ruime werkplekken, waar alles duidelijk een eigen plek heeft. En het werkt. “Nadat we de eerste machine helemaal 5S hadden gemaakt, bleek dat 20 procent van de spullen die er op en rond de machine lagen verwijderd konden worden. De 80 procent die we echt nodig waren, hebben een nu letterlijk en figuurlijk een vaste plaats gekregen”, vertelt Hajo. “Want ook dat is 5S; de plaats vastleggen waar je gereedschappen, materialen of hulpmiddelen wil hebben, doormiddel van schaduwborden, tekst labels en verschillende kleur omlijningen op de vloer om aan te geven waar wat geplaatst mag worden.”
Overal is een must
Na de eerste start op de werkvloer, wil de directie het 5S principe doorvoeren in het hele bedrijf. “Dat moet gewoon”, vindt Hajo. “Het heeft geen zin als collega’s van andere afdelingen hun spullen op jouw werkplek achterlaten. Wanneer iedere afdeling 5S werkt, gaat alles nog gestroomlijnder. En, niet onbelangrijk, dat vertaalt zich dan in de productie.. Want nu de gereedschappen per machine voor het grijpen liggen, kost het omstellen en tussentijds bijstellen minder tijd. Bijkomend voordeel is dat het prettiger werken is. Je grijpt nu niet meer mis, maar kan direct je spullen vinden. Dat scheelt een hoop irritatie en een leuk en gezellige werksfeer.”
